De Olympische Spelen staan voor de deur
Voor sommige sporters die deelnemen aan de Olympische Spelen kan de druk om te presteren intens voelbaar zijn. De verwachtingen zijn vaak hooggespannen – soms zelfs hoger dan wat ze zelf denken te kunnen. Er kan voor hen bovendien veel afhangen van een goede prestatie. In zulke gevallen neemt de spanning toe, en in plaats van dat ze kunnen genieten, hebben ze last van stress. Dit kan een nadelig effect hebben op hun prestaties. Het goede nieuws: hoe sporters omgaan met stress en presteren onder druk, is niet in beton gegoten. Ze kunnen het aanleren en verder ontwikkelen.
Als Femke Bol straks tijdens de Olympische Spelen in het Stade de France aan de start verschijnt, gaat heel Nederland eigenlijk al uit van een podiumplek. De specialiste op de 400 meter en de 400 meter horden geldt als een zekerheidje voor olympisch eremetaal. Bol staat erom bekend dat ze goed kan presteren onder druk. En dat niet alleen: ook als het niet goed gaat – zoals tijdens de WK-finales in Boedapest waar ze ten val kwam – weet ze zich met succes te herpakken. Hoewel dit haar makkelijk af lijkt te gaan, is het minder vanzelfsprekend dan het eruitziet.
Eerder gaven haar coaches een inkijkje in hun werkwijze: Femke Bol krijgt voor iedere wedstrijd een gedetailleerd schema waarin haar programma die dag van minuut tot minuut beschrevenstaat. Dit schema helpt haar om zich te richten op de taak die voor haar ligt en alle onnodige ruis uit te bannen. De theorie klinkt simpel, maar in de praktijk is het zeker niet makkelijk en vereist het veel oefening. Waarom ervaren sporters eigenlijk stress en hoe komt het dat ze daardoor slechter presteren?
